Tijdens de recente NSS-top leek het wel of de Atlantikwall in ere werd hersteld, maar alle commotie gaf in ieder geval een flinke boost aan de de city-marketing voor Den Haag. Ik, Saskia Best, geboren en getogen in Den Haag en na wat uitstapjes naar Zevenhuizen (ZH), Antwerpen en Brussel nu alweer bijna 20 jaar terug op honk, wil graag wat inkijkjes delen over Den Haag.
Den Haag is een stad van een aantal interessante architectonische 19e eeuwse wijken zoals de Archipelbuurt, Zeeheldenkwartier, Regentessenkwartier, Statenkwartier en natuurlijk Duinoord, de wijk waar ikzelf woon. Wijken die een wandeling meer dan waard zijn. Centraal punt in mijn wijk is het mooie monumentale Sweelinckplein, vernoemd naar de componist/organist Jan Pieterszoon Sweelinck. Het plein was in de film ’Zwartboek’ van Paul Verhoeven het decor voor de hongerwinter, het bevrijdingsfeest, en de moordaanslag op de notaris.
Sommige mensen typeren Den Haag als saai, maar daar dachten ze in de 18e eeuw heel anders over. Den Haag genoot toen grote faam als culturele stad, net zoals Londen en Parijs. Zo vertoefde de familie Mozart enige tijd in Den Haag. Toen de familie hier kwam, was Wolfgang Amadeus Mozart pas negen jaar oud. Samen met zijn zus Nannerl werden verschillende recitals gegeven en woonde de familie de plechtige inhuldiging bij van Stadhouder Willem V. Overigens zijn broer en zus ernstig ziek geweest in de Haagse periode. Hoe anders was het voor de Indiëgangers die juist naar Den Haag gingen voor de helende frisse zeelucht en de woonwijken op zandgrond uit angst voor malaria.
Mijn Indische roots maken Den Haag onlosmakelijk verbonden met Indo rock, Pasar Malams, toko’s en Louis Couperus (1863-1923). Couperus onderhield een haat-liefde verhouding met zijn geboortestad maar heeft wel heel treffend de Haags-Indische wereld van rond de eeuwwisseling beschreven.
Den Haag in vijf tips betekent heel veel keuzes maken en stiekem rek ik de vijf tips op naar vijf thema’s.
1. Het strand
Natuurlijk het strand, wat zou Den Haag zijn zonder strand? Vergeet de boulevard bij Scheveningen en ga via een korte wandeling door de duinen naar het Zuiderstrand naar strandtent “De Staat” voor de lekkere biologische kaart en het mooie brede strand. Wel bestellen aan de bar, maar de bediening en sfeer zijn gemoedelijk.
Of ga richting Kijkduin waar in de duinen het landschapskunstwerk van James Turrell is verstopt. Het kunstwerk bekend onder de naam “Hemels Gewelf“ is een ellips van 30 bij 40 meter groot, bedoeld als plek om naar de hemel te kijken. Als je toch eenmaal in Kijkduin bent is het ook de moeite waard om de Zandmotor te bezoeken. De Zandmotor is in de vorm van een schiereiland een innovatieve manier van kustbescherming en kustonderhoud en een uniek wadachtig gebied dat twee keer per etmaal bij vloed onder water staat. Feitelijk ligt de Zandmotor in de gemeente Westland, maar hou je wel van een wandeling dan loop je het in een klein half uurtje vanaf Kijkduin.
2. Koffie, thee en chocolade
Bezoek je op een donderdag of zondag de Haagse Antiekmarkt (van mei tot september) op het Lange Voorhout, dan neem je misschien eens een kijkje in Hotel Des Indes. Ik heb hier mijn huwelijksnacht doorgebracht en ben na bijna 20 jaar nog steeds bij dezelfde man. Dat wil toch wel wat zeggen. Een mooi adres om van een chique high tea te genieten. Eind december 2013 zond omroep Max een documentaire over Des Indes uit, terug te kijken op uitzending gemist.
Ben je theeliefhebber, ga dan absoluut thee kopen bij Betjeman en Barton op de Denneweg 25c of Aert van der Goesstraat 1. Er is keuze uit bijna 200 handgeplukte theesoorten. Als je toch in de Aert van de Goesstraat bent kan je gelijk doorlopen naar de lekkerste bonbons van Den Haag bij bonbonatelier Westerbeek in de van Slingelandtstraat 121.
Mijn favoriet is de Baton Café, een pure bonbon met de smaak van koffie en een klein versuikerd rozenblaadje dat speciaal geïmporteerd is uit Toulouse.
Zowel Betjeman en Barton en Westerbeek bevinden zich in het Statenkwartier met de bekende Frederik Hendriklaan, in de volksmond “de Fred” genoemd. Op het Noordeinde, waar het werkpaleis van de Koning zich bevindt, zit een bijzondere koffiezaak Lola Bikes & Coffee. Hier krijg je dus inderdaad fietsen en koffie.
3. Groen, Groener, Groenst
Den Haag kent heel veel groen, van bos tot park en alles wat daar tussen zit.
Hou je van rozen dan kan je je geluk op in het Rosarium in het Westbroekpark. Het Westbroekpark is trouwens ieder jaar het decor van de het reizende theaterfestival de Parade. Ben je benieuwd naar het mooiste grasterras van Den Haag, dan zoek je de Waterkant op, midden in het Rosarium van het Westbroekpark. Je kan wat eten en drinken op het terras of zelf een picknickmand meenemen, een roeibootje huren en een paar uur lang lekker ronddobberen.
Ben je van de Japanse sferen, bezoek dan de Japanse tuin in Clingendael. De tuin is slechts 8 weken per jaar voor het publiek geopend. In het voorjaar en in de tweede helft van oktober. Dan zijn er nog de “verborgen” plekjes. Het kleine parkje Sunny Court, bij mij in de buurt bijvoorbeeld dat zijn naam ontleent aan een vroegere tennisbaan. Een mooie ‘verstopte’ binnentuin, met grote oude bomen, wandelpaden, bankjes en bijzondere vogels. Ieder jaar in september vindt hier het Sunny Court festival plaats. En Park Sorghvliet natuurlijk en mooi verstild park dat de sfeer ademt van een eeuwenoud landgoed waar de overblijfselen van een voormalige tuinaanleg, zoals Versailles, te ontdekken zijn in de vorm van bruggetjes en aarden wallen. Het park is alleen toegankelijk met een jaarkaart van zo’n Euro 7.00 die je kunt kopen bij VVV Den Haag.
4. Musea en cultuur
Aan musea geen gebrek in Den Haag, maar wil je eens een andere museumervaring ga dan naar het Humanity House vlakbij de binnenstad van Den Haag. Een museum dat jou wil laten ervaren hoe het is om vluchteling te zijn. In dit museum speel je zelf de hoofdrol en ervaar je wat het betekent om van de ene op de andere dag vluchteling te zijn.Heel indrukwekkend. In Scheveningen is het kleine particuliere museum Beelden aan Zee, alleen al voor het gebouw, interessant om te bezoeken. Een bijzonder plekje is de plaats waar de Venus van Jan Meefout ligt, voor een raam waarachter je wuivend helmgras op een duin ziet. Ook een leuke manier om in korte tijd iets meer van een bepaald aspect van Den Haag te leren kennen, is aan te sluiten bij een wandeling door Den Haag. Ben je hongerig geworden door alle indrukken, dan is het tijd om te eten.
5. Eten Eten
Als je van Indische komaf bent is eten, ofwel “makan makan” erg belangrijk. In de Archipelbuurt in de Bankastraat zit een fantastische viswinkel annex restaurant Zee op tafel, waar je de vis, schaal- en schelpdieren voor je diner uit de toonbank kan kiezen. Maar je mag ook gewoon een keuze maken van de kaart. Ben je meer van het biologische vegetarische dan is Restaurant Hagedis een aanrader. Het restaurant is gevestigd in een monumentaal voormalig schoolgebouw in het Zeeheldenkwartier van Den Haag. Het Zeeheldenkwartier is trouwens sowieso een aanrader, een jonge hippe wijk met leuke winkeltjes, eet-etablissementen, vintage en diverse festivals.
Ja, wat zou Den Haag zijn zonder Indisch eten? Toko’s en Indonesische restaurants zijn er in alle soorten en maten. De meesten zijn qua interieur volledig gedateerd maar het gaat om het eten nietwaar? Altijd druk en lekker bij mij in de buurt is restaurant Didong, iets verderop zit het kleine huiskamerrestaurant Keraton Damai met heerlijk saté kambing van lamsvlees.
Saté kambing is van geitenvlees
Dank Paul, en het is nog wel door een Indische geschreven:)
Sate kambing vertaald betekent inderdaad saté van geitenvlees. Als je op Java deze saté eet is het altijd van geitenvlees. In Nederland is de saté kambing bijna altijd van lamsvlees gemaakt. Eigenlijk zou het dan saté domba moeten heten, maar iedere toko en restaurant verkoopt het onder de naam van saté kambing.